Afkoop klein pensioen

Afkoop klein pensioen

Op grond van de Pensioenwet kan de pensioenuitvoerder een klein ouderdomspensioen afkopen. Hierbij wordt onder een klein pensioen verstaan een ouderdomspensioenuitkering van ten hoogste € 458,06 op jaarbasis (2014). Dit grensbedrag wordt jaarlijks geïndexeerd.

Mede naar aanleiding van schriftelijke Kamervragen, heeft de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 2 juli jl. de Tweede Kamer geïnformeerd over het overleg dat zij heeft gevoerd met betrokken instanties betreffende de (ongewenste) financiële gevolgen van afkoop voor inkomensafhankelijke regelingen, zoals de AOW-partnertoeslag en de huurtoeslag. Volgens de Staatssecretaris zou een mogelijke oplossing kunnen liggen in de afkoop van een klein (ouderdoms)pensioen bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd. Het zijn in beginsel de bij de vaststelling (of wijziging) van de pensioenregeling betrokken partijen die de pensioeningangsdatum en hiermee in feite ook het moment van afkoop van een klein pensioen kunnen bepalen.

Wordt de pensioeningangsdatum door de betrokken partijen niet gewijzigd, dan kan het pensioen op individuele basis worden uitgesteld. Op grond van Wet op de loonbelasting 1964 is uitstel van de in de (aanvullende) pensioenregeling opgenomen pensioeningangsdatum in beginsel alleen mogelijk indien een werknemer na deze pensioeningangsdatum in dienstbetrekking werkzaam blijft. Voor (ex-) werknemers geboren voor 1 januari 1950, is tot 1 april 2015 overigens goedgekeurd dat de in de pensioenregeling opgenomen ingangsdatum van het ouderdomspensioen wordt uitgesteld tot de voor de betreffende (ex-)werknemer geldende AOW-leeftijd (zie artikel 7a AOW), zonder dat hoeft te worden voldaan aan het wettelijke doorwerkvereiste.

Bron: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2014/07/03/kamerbrief-over-afkoop-kleine-pensioenen.html

Nieuwsflits nr. 19, 4 juli 2014